De vijzel is een van het oudste kookgerei in de Indische keuken en wordt ook wel tjobek of oelekan genoemd. Hij haalt alle smaak uit specerijen en verse kruiden naar boven.
Een paar tips over het gebruik van de Indische vijzel.
Een vijzel is gemaakt van hard materiaal, zoals bijvoorbeeld graniet. De beker van de vijzel heeft altijd een ruwe binnenkant. Zo worden de kruiden en specerijen vermalen en gemengd als de stamper wordt rondgedraaid.
Nieuwe granieten vijzel gebruiksklaar maken
Voordat je begint met kruiden en ingrediënten te vermalen, is het verstandig om je granieten vijzel eerst gebruiksklaar te maken. Dit is nodig, omdat er de eerste paar keren tijdens het vermalen nog steentjes kunnen afbreken. Het beste in om dan eerst rijst te vermalen. Zorg ervoor dat de rijst een wit poeder wordt. De eerste keer zal je kleine stukjes steen hiertussen vinden. Blijf dit herhalen totdat er geen kleine steentjes meer in het poeder te vinden zijn. Daarna even afspoelen met lauw water.
Als laatste een klein handje pinda’s of kokosrasp vermalen. Doe dit totdat het blijft plakken aan de randen. Laat dit een paar uur intrekken. Dit is nodig, omdat de olie van pinda’s of kokosrasp een beschermend laagje plaatsen op het graniet. Daarna wederom afspoelen met lauw water en je Indische vijzel is klaar voor gebruik!